De reikwijdte van de Opstalwet is wettelijk verruimd

Analyse De vernieuwde Opstalwet houdt een bevestiging in van de praktijk die werd ontwikkeld in de rechtsleer en in de rechtspraak

Met de wet van 25 april 2014 houdende diverse bepalingen betreffende justitie wordt wellicht één van de oudste nog van kracht zijnde wetten in België, met name de Opstalwet van 10 januari 1824, gewijzigd, en dit voor het eerst in 190 jaar.

De “nieuwe” Opstalwet is van toepassing sinds 24 mei 2014.

1. Hoe en waarom is de “nieuwe” Opstalwet er gekomen ?

Het voorstel tot wijziging van de Opstalwet kwam er op initiatief van een werkgroep samengesteld door de Belgische Koninklijke Federatie voor Notarissen, aangevuld met academici. Binnen het notariaat rees immers toenemende onzekerheid over de vraag naar de reikwijdte van het opstalrecht.

Meer bepaald was het de vraag (i) of het mogelijk was om voor constructies op andermans gebouw (en dus niet enkel voor constructies op andermans grond) een recht van opstal te vestigen en (ii) of de eigenaar van het gebouw in dat geval ook tevens grondeigenaar moest zijn. Bovendien rees de vraag of een opstalrecht kon gevestigd worden voor constructies die zich bevinden onder (bijvoorbeeld tunnels) of boven (bijvoorbeeld zonnepanelen) de grond en dus niet alleen voor constructies op de grond.

Voor al deze zaken werden in de praktijk reeds juridische “mogelijkheden” ontwikkeld in de rechtsleer en de rechtspraak, waarover weliswaar niet altijd eenduidigheid voor handen was.

Aan de onzekerheid die bestond omtrent de reikwijdte van het opstalrecht, wordt nu een einde gemaakt door de “mogelijkheden” die door de rechtsleer en de rechtspraak werden ontwikkeld, wettelijk te bekrachtigen in deze “nieuwe” Opstalwet.

2. De belangrijkste wijzigingen van de “nieuwe” Opstalwet

De belangrijkste wijzigingen van de Opstalwet betreffen dat ook de volgende:

  • De Opstalwet bevestigt de mogelijkheid, ontwikkeld in de rechtsleer en de rechtspraak, om niet enkel een opstalrecht te verlenen op de grond, maar ook onder de grond (bijvoorbeeld parkeergarages, pijpleidingen, ...) en boven de grond (bijvoorbeeld zonnepanelen);
  • Bovendien wordt bevestigd dat een opstalrecht in de ruimte kan worden beperkt, aangezien dit kan worden toegestaan “voor een deel” op, onder of boven de grond (bijvoorbeeld het oprichten van een krantenkiosk aan de ingang van een winkelcentrum).
  • Niet enkel de grondeigenaar kan een opstalrecht verlenen, maar ook elke titularis van een onroerend zakelijk recht binnen de grenzen van zijn recht. Een opstalhouder, erfpachter, vruchtgebruiker kan dus op zijn beurt een opstalrecht verlenen.

3. Besluit

Zoals reeds hoger aangegeven, betreffen deze amendementen, in het licht van de actuele stand van de rechtsleer en rechtspraak, geen fundamentele wijzigingen tegenover de “oude” Opstalwet.

Zij houden enkel een bevestiging in van de praktijk die werd ontwikkeld met steun van en in de rechtsleer en in de rechtspraak. 

De aanpassing van de wet heeft het voordeel duidelijkheid te verschaffen omtrent zaken die voorheen niet expliciet in de Opstalwet voorzien waren, hetgeen enkel maar valt toe te juichen.

 

Meer weten over dit onderwerp?

Contacteer onze experten of bel +32 (0)2 747 40 07
Alain De Jonge

Alain De Jonge

Partner
Leo Peeters

Leo Peeters

Partner