- Arbeidsrecht en Sociale Zekerheidsrecht
- Leila Mstoian - Marcel Houben
- loondiscrepantie , index van de consumptieprijzen , gezondheidsindex , referentie-index , indexmechanisme
De automatische aanpassing van de lonen aan de evolutie van de index, ingevoerd door de sociale
partners op het vlak van de nationale sectoren, is Europees, zelfs wereldwijd, een haast uniek
systeem. Voor de vakbonden is het een zeer gevoelige sociale verworvenheid en inmenging vanwege de
overheid wordt principieel niet geduld.
Het systeem leidt tot automatische loonsverhogingen, waardoor de loondiscrepantie met de ons
omringende landen automatisch toeneemt en het concurrentievermogen van de Belgische bedrijven
uiteraard evenredig daalt.
In het verleden nam de Belgische overheid – zeer tegen de zin van de vakbonden – reeds maatregelen
om de nefaste, economische gevolgen van het systeem te matigen. Meestal konden die maatregelen
worden doorgedrukt omwille van het hoog moreel gezag dat de optredende politici in vakbondskringen
hadden.
Alhoewel niet gedragen door de vakbonden, nam de regering “Michel I” de indexsprong ook op in
haar regeerakkoord. Zo gezegd, zo gedaan !
De indexsprong werd in de kersverse Wet tot verbetering van de Werkgelegenheid van 23 april 2015
opgenomen en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 27 april 2015.
De indexsprong van 2% is voornamelijk bedoeld om de loondiscrepantie met de buurlanden te dichten
De wet voert een indexsprong van 2% in, hetgeen voornamelijk bedoeld is om de loondiscrepantie met de buurlanden te dichten. Om deze maatregel mogelijk te maken, zal de gezondheidsindex gedurende een periode worden geblokkeerd. De gevolgen ervan zullen verschillend zijn van sector tot sector.
Ons indexeringsmechanisme steunt op de “gezondheidsindex”, d.w.z. de index van de
consumptieprijzen, berekend op basis van de prijsevolutie van goederen en diensten, met
uitzondering van o.a. alcohol, tabak en brandstof. Deze gezondheidsindex wordt bovendien afgevlakt
door de gemiddelde waarde, berekend over 4 maanden, in rekening te brengen.
Vanaf april 2015 wordt de afgevlakte gezondheidsindex geblokkeerd op het niveau van maart 2015
(hetzij 100,66). Er wordt een referentie-index ingevoerd, i.e. het rekenkundig gemiddelde van de
gezondheidsindexen van de laatste vier maanden, vermenigvuldigd met 0,98. De blokkering blijft van
kracht zolang de referentie-index de afgevlakte index van maart 2015 niet overschrijdt. Dit
betekent dat de blokkering van de lonen zal duren tot op het moment dat de referentie-index met 2%
stijgt. Niet-naleving van de indexsprong wordt strafrechtelijk gesanctioneerd.
Volledigheidshalve, de indexblokkering geldt, behalve voor alle sectorale indexmechanismen, ook
voor de sociale uitkeringen en de overheid.
De wet bepaalt uitdrukkelijk dat de afgevlakte gezondheidsindex geen loonvermindering tot gevolg mag hebben in de blokkeringsperiode (v.a. 1 april 2015 en de referentiemaand). Aangezien verschillende paritaire comités een eigen indexeringssysteem hanteren, zou negatieve indexering mogelijk zijn geweest. Zodoende heeft de wetgever dit zelf uitgesloten.
De indexeringssystemen verschillen van sector tot sector: bepaalde sectoren indexeren op vaste
tijdstippen: maandelijks (bijv. PC 117 voor de Petroleumnijverheid en –handel), tweemaandelijks
(bijv. PC 308 voor de Hypothecaire leningen, Sparen en Kapitalisatie, PC 310 voor de Banken),
driemaandelijks (bijv. PC 124 voor het Bouwbedrijf), zesmaandelijks (bijv. PC 121 voor de
Schoonmaak) of jaarlijks (bijv. PC 200 Aanvullend Paritair Comité voor de Bedienden).
De indexmechanismen, toepasselijk in de sectoren, worden verder toegepast, rekening houdend met de referentie-index vanaf mei 2015
De indexmechanismen, toepasselijk in de sectoren, worden verder toegepast, rekening houdend met de referentie-index vanaf mei 2015.
De indexsprong bevriest de indexering van de lonen totdat de referentie-index (de afgevlakte
gezondheidsindex van maart 2015 x 0,98) opnieuw het cijfer van 100,66 bereikt heeft. Vanaf dat
ogenblik worden de diverse sectorale indexmechanismen opnieuw toepasselijk. Aldus is de prognose
dat, bij wijze van voorbeeld, de lonen in het PC 200 op 1 januari 2016 opnieuw met 0,43% zullen
verhogen.
Op deze manier besparen de werkgevers 2% loonsverhoging, die ze zonder de indexsprong wel hadden
moeten toekennen. De regering beoogt hiermee een verbeterd concurrentievermogen van de Belgische
bedrijven en hoopt daarbij duizenden nieuwe banen te creëren.