News
Op 28 november 2024 werd de wet tot omzetting van de richtlijn voor duurzaamheidsrapportage (Corporate Sustainability Reporting Directive (hierna CSRD)) goedgekeurd door de Kamer van Volksvertegenwoordigers.
Hoewel de omzetting al sinds 6 juli 2024 moest worden geïmplementeerd, markeert dit een belangrijke stap in de richting van een meer duurzame en milieuvriendelijke economie. De richtlijn is op 5 januari 2023 in werking getreden en beoogt de modernisering en versterking van de regels met betrekking tot de sociale en milieugerelateerde informatie (ESG) die ondernemingen moeten rapporteren.
1. De rapporteringsverplichting wordt gefaseerd ingevoerd
Dit zijn de voorziene fases:
- Vennootschappen onderworpen aan de NFRD (beursgenoteerde bedrijven en financiële instellingen met meer dan 500 werknemers): Rapportering in 2025 over het boekjaar 2024.
- Grote vennootschappen nog niet onderworpen aan de NFRD: Rapportering in 2026 over het boekjaar 2025.
- Beursgenoteerde KMO’s: Rapportering in 2027 over het boekjaar 2026.
Opgelet: uitstel is mogelijk tot het boekjaar 2028, er moet dan wel aangegeven worden waarom de duurzaamheidsrapportering nog niet is verstrekt.
- Vennootschappen van buiten de EU die ook niet-beursgenoteerd zijn in de EU: Rapportering in 2029 over het boekjaar 2028
Hoewel de rapporteringsverplichtingen van de CSRD gefaseerd worden ingevoerd en aanvankelijk alleen grote ondernemingen en organisaties van openbaar belang treffen, blijven de gevolgen voor KMO’s niet uit.
KMO’s zullen indirect te maken krijgen met de bijkomende eisen in verband met rapportering.
De reden daarvoor is dat ondernemingen aan de top van de waardeketen, die wel al onder het toepassingsgebied van de CSRD vallen, deze sociale en milieugerelateerde informatie vaak zullen opvragen bij hun kleinere leveranciers en klanten. Dit leidt in de praktijk tot aanzienlijke administratieve lasten voor kmo’s.
2. Beschermingsmaatregelen voor de KMO's
Het wetsontwerp erkent de nieuwe uitdagingen voor de KMO’s in het kader van deze verplichtingen en verwijst ook naar de mogelijke hoge kosten die duurzame investeringen met zich meebrengen voor Belgische ondernemingen.
Om deze last te verlichten, werd een beschermingsmechanisme opgenomen.
Dit mechanisme bepaalt dat van KMO’s in de waardeketen niet meer informatie mag worden gevraagd dan wat redelijkerwijs vereist is volgens de Europese duurzaamheidsrapportagestandaarden voor dit soort ondernemingen.
In de praktijk betekent dit enerzijds dat de opgevraagde informatie zich moeten beperken tot wat voorzien is in de Voluntary Sustainability Reporting Standards for SMEs. Anderzijds geldt er een verbod om een bepaalde mate van zekerheid te vereisen met betrekking tot informatie afkomstig van KMO’s in de waardeketen.
3. Een stap vooruit, maar de uitdagingen blijven bestaan
Hoewel het wetsontwerp een belangrijke stap is in de richting van meer transparantie en duurzaamheid in de bedrijfswereld, roept het ook vragen op over de uitvoerbaarheid en de bijkomende lasten voor ondernemingen, met name voor kleinere spelers.
Het succes van deze maatregelen zal afhangen van de mate waarin ondernemingen en regelgevers in staat zijn om een evenwicht te vinden tussen rapporteringsverplichtingen en administratieve haalbaarheid.
Andersen en Recyprocity kunnen u helpen bij het vervullen van uw rapportageverplichting. Contacteer onze specialisten via info@be.andersen.com of +32 (0)2 747 40 07.
Lees ook
ESG: van "soft law" naar "hard law"
09.06.2023
Vennootschapsrecht en M&A